"Ik was klaar met mijn oude leven"

Header afbeelding Man op fiets Publicatiedatum Quote'Ik had niks, ik moest het zelf allemaal uitzoeken' TypeCliënten
Auteur
Roelof Tienkamp en Jolanda de Kruyf
Content

“Ik was klaar met mijn oude leven”

Joost is cliënt bij Trajectum. In deze blog vertellen we over zijn leven en de problemen die hij had. Hij had een moeilijke jeugd. Hij werd agressief, leefde op straat en ging criminele dingen doen. Na jaren van behandeling gaat het nu goed met hem.

Moeilijke jeugd

Hij had van tevoren al geen kans. Joost (geboren in 1959) was derde in een gezin met zeven kinderen. Ze moesten het allemaal zelf maar uitzoeken. De ouders dronken veel. En de vader sloeg de kinderen als hij iets niet leuk vond. De kinderen hingen op straat en zorgden zelf voor hun eten. Ze moesten bedelen of zelfs stelen. ‘Je moest toch eten?’ En zo groeide Joost zonder dat hij het wilde op als een roofdier.

Op straat

Door zijn onveilige jeugd kreeg Joost een moeilijk karakter. Hij was egoïstisch en agressief. En hij vertrouwde niemand. Hij maakte de basisschool niet af en hij ging criminele dingen doen op straat. Daar voelde hij zich thuis. Joost moest naar kindertehuizen en internaten, maar dat hielp niet. Hij bleef zich slecht gedragen. Op zijn zestiende besloot hij dat hij geen contact meer wilde met zijn ouders. Hij ging toen ook uit huis. ‘Ze hadden de pik op mij. Die ouwe mocht wel bier drinken. Maar ik mocht niet blowen. Ik had er genoeg van.’ En zo werd Joost dakloos. En leefde hij écht op straat.

‘Ik had niks, ik moest het zelf allemaal uitzoeken’

Crimineel

Het ging steeds slechter met Joost. Hij gebruikte alcohol en drugs zodat hij niet aan de vervelende dingen hoefde te denken. Hij gebruikte alles wat hij kon vinden. Hasj, speed, LSD, cocaïne, heroïne. Paddenstoelen zelfs. Omdat hij zoveel gebruikte, had hij veel geld nodig. Dus ging hij weer stelen, samen met zijn broers. Alleen gebruikten ze nu meer geweld dan vroeger, toen ze kinderen waren. Joost werd een crimineel. Het maakte hem niet uit wie hij pijn deed. ‘We gingen gewoon ergens naar binnen. Met een mes of een pistool. ‘En maak nu de kassa maar open’, zeiden we dan. Of we beroofden mensen die overdag gewoon op straat liepen.’

Nieuwe periode

Zo ging het jaren door. Soms zat hij in de gevangenis, maar daarna ging hij gewoon door met mensen overvallen. Tot hij in 1997 tbs met dwangverpleging kreeg. Hij kwam terecht op Hoeve Boschoord. Toen begon een nieuwe periode in zijn leven. Voor het eerst in z’n leven kreeg Joost een kans. Maar in het begin vond hij het daar niet makkelijk. ‘Ik zat daar vast, ver weg van de stad. Waar ben ik nu toch terecht gekomen? Dat dacht ik vaak.’

Agressief

Het was voor Joost heel lastig dat hij op straat altijd kon doen wat hij wilde, maar dat hij in de kliniek opeens moest doen wat anderen zeiden. Daarom ontplofte hij vaak en was hij agressief. Maar langzaam vertrouwde Joost steeds meer mensen. En ging hij zich anders gedragen. De begeleiders luisterden naar hem en namen hem serieus. Dat was hij niet gewend. Het was moeilijk voor Joost om zijn gedachten en gedrag te veranderen, maar hij deed zijn best. Voor het eerst in z’n leven ging hij ergens voor. ‘Ik heb dierverzorging en sociale vaardigheid gedaan. Daar heb ik diploma’s van.’ Joost leerde om te gaan met boosheid en agressie. ‘En we hebben veel over drank en drugs gepraat. Daar begin ik dus nooit meer aan.’

Op Boschoord praatte Joost meer dan hij ooit had gedaan. ‘Ik was wel een beetje klaar met m’n oude leven.’

Meer vrijheid

Zes jaar na z’n opname werd Joost overgeplaatst naar de open behandelunits. Hij kreeg steeds iets meer vrijheid en verantwoordelijkheid. ‘Ik heb nooit de neiging gehad weg te lopen. Ik was bang voor m’n oude leven.’ "In 2006 verhuisde hij naar de resocialisatieafdeling. Daar kon hij leren om weer terug te komen in de maatschappij. Maar na een tijdje bleek dat dat niet ging lukken. Hij zou waarschijnlijk weer terugvallen in zijn oude gedrag. Dat dacht Joost zelf ook. Het beste voor Joost was om zelfstandig begeleid te wonen. Dus woont hij sinds 2008 zelfstandig begeleid in Eefde, op een locatie van Trajectum.

Hoe gaat het nu?

Joost voelt zich thuis op zijn plekje. Hij kan het goed vinden met zijn huisvriend. En hij werkt twee ochtenden in de week. Het is een kwartiertje fietsen. Dat stukje rijden, daar geniet hij van. Het werk in de werkplaats vindt hij niet heel interessant. ‘Maar ’t hoort erbij.’ Joost is uitbehandeld. Hij heeft ook al anderhalf jaar geen tbs meer. Hij heeft 24 uur per dag begeleiding. Voor zover het kan heeft hij z’n leven op de rit. ‘Ik voel me soms best gelukkig.’ Om te laten zien hoe hij z’n best doet vraagt hij soms om blaastesten en urinecontroles. Hij is altijd clean.

Joost spreekt zijn broers niet meer. ‘Ik vond dat best zwaar, maar het is beter zo. Ik wil het slechte pad niet weer op.’ Een keer in de twee maanden gaat Joost onder begeleiding op bezoek bij zijn zus. Dan ziet hij ook z’n moeder. ‘Dat vind ik wel mooi.’ Joost voelt zich goed. ‘Ik leef hier in vrede op m’n appartement, ja toch? Dit heb ik toch maar bereikt in vijftien jaar. Soms was het overleven, maar ik heb het gered.'

Beschrijving
Levensverhaal TBS. De zwarte kant van het leven. "Ik was klaar met mijn oude leven" cliëntverhaal lvg lvb tbs

De winkel is open!

Header afbeelding Winkel Publicatiedatum QuoteDe winkel is open! TypeCliënten
Auteur
Marc van Rijsewijk
Content

De winkel is open

De tekst op het uitklapbare schoolbord langs het zandpad is even helder als bondig. Marc van Rijsewijk legt de laatste hand aan de mededeling die met sierletters passanten moet verleiden tot een bezoek. ‘De winkel is open!’ staat in kapitalen geschreven. Met een spuitbus haarlak brengt hij de finishing touch aan zodat de reclame ook regenbestendig is en veegvast. Aandachtig bekijkt hij het resultaat. ‘Ik ben een echte artiest. Dit is mooi.’ Hij knikt tevreden.

Zin om te werken

Winkel

De gloednieuwe boerderijwinkel van zorgboerderij De Eikenhof van Trajectum locatie Boschoord is in april geopend. Het sfeervolle chalet waarin de verkoop is ondergebracht ligt pal aan een populaire fiets- en wandelroute door de bossen van het landgoed Boschoord dat vroeger deel uitmaakte van landbouwkolonie Maatschappij van Weldadigheid. Voorheen zat de winkel bij de kantoren en kantine van de zorgboerderij in, nu is het een apart huisje. ‘Het is meer van ons geworden’, zegt verkoper Jan. ‘Het is een eigen plek. Echt onze winkel’, constateert hij trots. Hij is uitgegroeid tot een vaste kracht die met uitzondering van dinsdag en woensdag elke dag in de winkel te vinden is. ‘Ik heb een doel gevonden.’

Eerlijk vertelt Jan dat hij al vijf jaar op de zorgboerderij woont, maar eigenlijk nooit veel zin had om te werken. ‘Ik was niet vooruit

 te branden’, zegt hij laconiek. Het balletje kwam voor hem bij toeval aan het rollen. Vorig jaar was er op de boerderij wat paniek nadat een geitje het kopje onder een hek bekneld had gekregen. Degene die op de winkel stond, schoot te hulp maar liet de waar onbeheerd achter. Jan besloot spontaan achter de balie te gaan staan.

Kip

Een schot in de roos. Hij verkocht in twee uur tijd voor 80 euro aan frisdrank, ijsjes, eieren en groente. ‘Ze vonden dat ik dit moest blijven doen.’ Hij ontpopt zich als een prima ambassadeur van zorgboerderij De Eikenhof en vertelt over de dieren, de groenteteelt en de bewoners. ‘Ik heb mijn plaatsje wel gevonden in de winkel. Met mensen praten, vind ik leuk en hen inlichtingen geven.’ Hij voegt de daad bij het woord en grijpt wat folders uit een rek. Met een aanbeveling. 

ei

‘Ook laten lezen aan je familie en dan straks met z’n allen een keer komen voor een lekker ijsje. Niet alleen omwonenden en passerende toeristen weten de winkel te vinden, ook het personeel komt vaak langs voor eieren of groente. ‘De eieren lopen het hardst.’

Enthousiaste verkoper

Marc is eveneens goed van de tongriem gesneden. Hij praat honderduit over de verschillende groenten die hij zelf teelt, de aardbeienoogst waar hij naar uit kijkt en de vogels die de zomerkoninkjes bijna nog lekkerder vinden dan hijzelf. ‘Vorig jaar heb ik er maar een gehad, de rest was allemaal door die rotbeesten opgegeten’, foetert hij. ‘Dit jaar doe ik er een net overheen.’

Trots toont hij de tuintjes van de tien bewoners van De Eikenhof, verderop ligt de gemeenschappelijke moestuin waar uien, bonen, aardappelen, wortels en kool worden verbouwd. Tussen Marc en Jan ontspint zich een discussie of de groente nu biologisch is of niet. Jan meent van wel, maar Marc wijst er op dat de koeien en paarden geen biologisch voer krijgen en dat hun mest wel op de akker gaat. Maar gif spuiten dat doen ze niet. Jan gooit het op een compromis. ‘Zeg maar dat het half om half is’, meent hij schouderophalend.

We maken er samen iets moois van

De winkel is elke dag open van 9.00 uur tot 17.00 uur ook in het weekeinde. Een paar bewoners van De Eikenhof runnen de shop en praten ook mee over de inkoop van artikelen. ‘We doen zoveel mogelijk samen’, vertelt Jan. Marc legt uit dat hun taken niet alleen bestaan uit de verkoop van spullen, maar ook het spiegelen van de artikelen, het controleren van de prijzen en het bijhouden van de voorraad. ‘Het moet goed lijken en ijs en drinken mag niet op raken.’ Aan de zijkant van de chalet is een zitje gemaakt waar klanten op hun gemak van eten en drinken kunnen genieten. Tijdens de rondleiding laat Marc de beesten van dichtbij zien. Kippen, konijnen en zelfs de paarden mogen worden geaaid. ‘Mensen vinden het leuk dat we hen wat over de gang van zaken kunnen vertellen.’ De winkel van Boschoord is het venster naar de maatschappij. Jan en Marc staan er al met een been in en dat doet hen zichtbaar goed.

Beschrijving
Opening van de gloednieuwe boerderijwinkel van zorgboerderij De Eikenhof van Trajectum locatie Boschoord.

‘Zonder vrijwilligers ligt het op zijn gat’

Header afbeelding foto Publicatiedatum Quote‘Zonder vrijwilligers ligt het op zijn gat’ TypeCliënten
Auteur
Piet Jansen
Content

De geschenkbon moet Fred nog inwisselen bij de Wereldwinkel in Oosterwolde. Maar dat de wethouder en locoburgemeester Engbert van Esch persoonlijk de vrijwilligers Award naar locatie Zeuvenakkers van Trajectum bracht, dat deed de bewoners veel deugd. Niet alleen Fred werd in het zonnetje gezet, maar met hem nog dertien andere cliënten die zich inzetten voor het reilen en zeilen in het orthopedagogisch behandel- en wooncentrum in Appelscha. ‘Zonder vrijwilligers ligt het op zijn gat. We moeten er zelf de schouders onder zetten. Dat doen we met elkaar. De waardering die we daarvoor krijgen doet ons erg goed.’

Bezoek én beloning

Begin juni toog de wethouder met een doos vol cadeaus naar Zeuvenakkers nadat eerder een afvaardiging van het behandel- en wooncentrum al op het gemeentehuis was gefeliciteerd. Omdat niet alle vrijwilligers daar aanwezig konden zijn, besloot Van Esch zelf langs te komen. ‘Het was een hele feestelijke avond’, vertelt Fred terugkijkend. ‘Het is natuurlijk wel zo dat als je vrijwillig iets doet, je hoopt dat het in goede aarde valt en dat je er ook iets voor terugkrijgt.’ Het cadeau bestond uit een mooi gemaakt boeket met snoepgoed, thee en cadeaubonnen. ‘Heel mooi’, aldus de cliënt. ‘Voor niets gaat de zon op.’ Hij lacht tevreden.

Waardering is onbetaalbaar14 05 29 trajectum wethouder in zeuvenakkers

Waar het bij vrijwilligerswerk vooral om gaat, legt Fred geduldig uit, dat je er lol in hebt zelf iets op te pakken. De waardering die vrijwilligers vervolgens voor hun inzet krijgen is onbetaalbaar. ‘Ik vind het leuk om te doen. Eerst als DJ en barmedewerker en vervolgens in de cliëntenraad. Ik ben nu al een tijd voorzitter. We doen het voor de medebewoners.’ Op Zeuvenakkers wonen 58 cliënten, bijna een derde is actief in de recreatiecommissie, de cliëntenraad of als DJ en barmedewerker. ‘Er zijn veel activiteiten. Dat kan alleen als we het zelf oppakken. Het is belangrijk dat iedereen het naar de zin krijgt, want Zeuvenakkers is voor ons toch onze thuisbasis. Als je hier woont, moet je je ook thuisvoelen.’

De toekomst lacht Fred toe

Fred woont al bijna zes jaar op Zeuvenakkers. Hij verhuisde naar Appelscha vanuit Meppel, waar hij op zichzelf woonde maar waar het ‘hartstikke slecht’ met hem ging. ‘Ik had geen vertrouwen in mezelf. Ik dacht dat het nooit meer goed kon komen.’ De eerste maanden bij Trajectum verliepen moeilijk. ‘In de beginfase was ik heel negatief.’ Geleidelijk ging de knop om, mede doordat hij vrijwilligerswerk kon doen. ‘Daardoor kreeg ik meer zelfvertrouwen en ging ik dingen veel positiever inzien. Ik weet nu wie ik ben en kan beter naar mezelf kijken.’ De slechte periode heeft hij afgesloten. ‘Ik kijk niet meer terug, maar vooruit.’

De toekomst lacht hem toe. Fred gaat verhuizen naar een woonvoorziening in Drenthe. ‘Ik ben klaar met mijn dingen hier en ga een stapje verder.’ Omdat hij goed van de tongriem is gesneden werd hij al snel gevraagd voor de cliëntenraad. ‘Je moet wel je mond durven open te trekken.’ Er is het nodige bereikt zoals een uitbreiding van het zenderpakket voor televisie en toegang tot internet voor cliënten onder voorwaarden. ‘Als je iets wilt moet je eerst overleggen. Dan krijg je veel voor elkaar. Er wordt goed naar ons geluisterd.’

‘Iedereen gaat mij ook missen’

Hij pakt graag dingen aan, vertelt Fred opgewekt. Als hij in de woonvorm zijn intrek heeft genomen, gaat hij weer vrijwilligerswerk doen. Hij heeft al geregeld dat hij het terreinonderhoud op zich mag nemen. ‘Dat doe ik op Zeuvenakkers ook, ik ben de enige die op een zitmaaier mag rijden.’ Het terrein in Nooitgedacht is nog groter. ‘Ik ga me niet vervelen.’ Toch zal Fred de bewoners en medewerkers missen. ‘Al klinkt dat misschien raar.’ Dan vervolgt hij met pretogen. ‘Iedereen gaat mij ook missen. Het gezellige babbeltje met mij is er dan niet meer. Want zo zit ik in elkaar. Ik ben heel sociaal.’ Een ding heeft hij zich wel voor genomen. ‘Ik ga niet stilletjes weg.’ Hij wil in stijl vertrekken. Met een feestavond waarop hij als vanouds de muziek verzorgt. Lachend: ‘Draaien met die hap.’

De volgende vrijwilligers kregen een Award uitgereikt: Marcel, Richard, Yuri, Gerrit Jan, Jimmy, Michael, Angelo, Kevin, Remon, Erik, Bert, Martijn, Harry en Fred.

Beschrijving
Verhaal client ervaringen met Trajectum

'Rust was er nooit'

Header afbeelding Veld Publicatiedatum Quote'Rust was er nooit' TypeCliënten
Auteur
Peter
Content

Rust was er nooit

Peter is cliënt bij Trajectum. Toen hij opgroeide, bij zijn ouders thuis, werd er veel gevochten. Daardoor werd Peter (geboren 1962) een gesloten man. Ín deze blog vertelt hij wat hij heeft meegemaakt, en hoe het nu met hem gaat.

 

Agressie was altijd en overal om Peter heen. Als er thuis ruzie was, werd er gevochten. De gezinsleden waren bang voor Peters vader. Hij sloeg hen vaak. Op school ging het ook niet goed met Peter. Hij was een buitenbeentje en werd gepest.

Peter hield er een trauma aan over. ‘Het was geen mooie tijd.’

Toen Peter 17 was, ging hij uit huis. ‘Ik hield het niet meer vol, al die trammelant thuis. Rust was er nooit.’ Kort daarna ontmoette hij een meisje, Linda. Toen hij thuis vertelde dat hij met haar wilde trouwen, wilde zijn vader niets van zijn plannen weten. Hij was dronken en wilde met Peter vechten, maar deze keer ging het anders. ‘Ik heb hem bij de strot gepakt en gezegd: dit doe je nooit meer.’ Daarna hebben Peter en zijn vader nooit meer gevochten.

Gezin

Peter trouwde in 1980. In het begin was het huwelijk goed. Er kwamen twee dochters. Peter had handeltjes in van alles en nog wat. Er ging ook weleens iets mis bij het zakendoen: in 1987 moest hij naar de gevangenis voor diefstal, hennepteelt en mishandeling. ‘Maar toch’, zegt hij, ‘wilde ik er echt iets van maken. De meiden een andere jeugd geven dan ikzelf had gehad.’ Maar dat liep anders. Linda wilde nog een kindje, en dat had Peter niet verwacht. Peter had zich net laten ‘helpen’ zodat hij geen kinderen meer kon krijgen, iets wat Linda zelf wilde. Dus was hij heel verbaasd. Later merkte hij pas echt hoe groot Linda’s wens was. Toen hij eens onverwacht thuiskwam, vond hij Linda samen met zijn oudste broer in bed. ‘Ik ben op de overloop in elkaar gezakt en heb gejankt zoals ik nog nooit eerder had gedaan. Kapot was ik ervan.’

Wraak

Om z’n gezin bij elkaar te houden, accepteerde Peter wat er gebeurd was en bleef hij bij Linda. Maar hij werd steeds gefrustreerder. Het ging steeds slechter met hem, tot hij de controle over zijn leven kwijtraakte. Hij wilde wraak nemen. ‘Ik werd zo gek als een deur, wilde Linda straffen.’ In 2006 werd Peter veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf en TBS voor bedreiging, mishandeling en verkrachting van zijn vrouw. Na twee jaar gevangenis werd hij in 2008 opgenomen in wat toen Hoeve Boschoord was.

Behandeling

In het begin droeg Peter een soort pantser waar niemand doorheen kon komen. Van de twee jaar gevangenisstraf was Peter hard geworden. Hij geloofde nog niet dat hij een nieuw leven kon krijgen. Peter moest leren om te praten in plaats van te vechten, maar dat kon hij niet. Hij voelde zich onbegrepen en bleef in zichzelf gekeerd. ‘Jezelf veranderen is niet makkelijk. Ik had er geen vertrouwen in.’

Toch kwam dat vertrouwen er. Peter kreeg een klik met zijn hulpverlener. De hulpverlener oordeelde niet over hem. En ze praatten gewoon in het dialect, zoals Peter gewend was. Langzaam verdween Peters pantser. Samen maakten ze een plan voor zijn toekomst. Peter moest nog veel leren. Zoals boosheid herkennen. En uit een stressvolle situatie stappen als hij woede voelde opkomen. Ook moest hij leren er op tijd over te praten. ‘Ik ga nergens meer op in,’ zegt Peter. ‘Ik sla niet, maar keer ze gewoon de rug toe.’

Een andere man

De behandeling gaf Peter vertrouwen in de toekomst. De gesloten man werd een cliënt die graag wilde leren en alles op alles zette. Zijn inzet werd beloond, want in 2011 kreeg Peter meer vrijheden op het terrein. En uiteindelijk mocht hij met onbegeleid regioverlof. ‘En ik ben vrolijk. Dat is een lange tijd weggeweest.’ Volgend jaar zit Peters TBS erop. Hij heeft dan bijna tien jaar in de gevangenis gezeten en TBS gehad. Peter kijkt uit naar zijn vrije leven, maar denkt dat het ook wennen wordt. Gelukkig krijgt hij straks begeleiding. ‘Zodra ik me over iets onzeker voel ga ik hem bellen. Ik wil heel graag dat het goed gaat. Die verplichting heb ik naar mezelf, maar vooral naar de kliniek.’

Hij lacht. ‘Gelukkig word ik niet in het diepe gegooid.’

Terug naar het dorp

Peter gaat terug naar het dorp waar hij vandaan komt. In een huurhuisje, dichtbij zijn familie. Het lijkt hem fantastisch bij zijn moeder op visite te gaan, met zijn jongste broer mee naar Duitsland af te reizen ‘voor wat handel’. Zijn eigen gezin zal hij niet meer zien. ‘Ik wil rust.’ Bij die rust hoort eerst ook geen relatie, vindt Peter. ‘Relaties hebben me niet veel moois gebracht.’ Hij lacht breed als hij zegt: ‘En ik kan zelf goed koken. Daar heb ik geen vrouw voor nodig.’ En: ‘Ik hoop op levensvreugde. Dat heb ik altijd gemist.’

Beschrijving
Peter is cliënt bij Trajectum. Toen hij opgroeide werd er veel gevochten. Daardoor werd Peter (geboren 1962) een gesloten man. In deze blog vertelt hij wat hij heeft meegemaakt, en hoe het nu met hem gaat.

Clientverhaal Petra

Header afbeelding Hartjes Publicatiedatum Quote"Ik ga nooit met tegenzin naar het werk. We maken daar hele mooie dingen, zoals bloemetjes en vogeltjes van vilt." TypeCliënten
Auteur
Communicatie
Content

Het verhaal van Petra

Petra is cliënt bij Trajectum. Ze woont op De Lugte. Ze heeft er echt haar eigen kamer van gemaakt. Petra weet zeker: ‘Ik blijf altijd op de Lugte. Ik ga nooit meer verhuizen.’ Ze vertelt hoe het is om er te wonen.

 

‘Ik heb op veel plekken gewoond,” vertelt Petra. ‘Maar dit is van al die plekken de mooiste.’ Petra woont op de eerste verdieping en heeft een mooi uitzicht. Ze kan de tuin zien, die op een parkje lijkt, en de ingang. Ze woont hier nog maar net, maar ze heeft al haar haar spullen al een plekje gegeven. Het meest opvallend is de fotowand boven haar bed met foto’s van haar zelf, familie en de kinderen. De foto’s zijn belangrijk voor Petra. ‘s Avonds als ze gaat slapen kijkt ze er vaak even naar. ‘Ze zijn nog niet op bezoek geweest, maar ze komen in mei. Ik weet zeker dat ze het hier ook mooi vinden. Mooier dan mijn oude kamer.’

Rode harten

Op de andere muur hangen harten. ‘Dat zijn voor mij tekenen van liefde. Als ik een mooi hart zie, dan koop ik hem. Die zijn voor mij belangrijk.’ Twee rode hartjes die op locatie Zeuvenakkers zijn gemaakt hebben een apart plekje aan de muur gekregen. In de gezellige kamer staan ook een paar gemakkelijke stoelen, een tafel met een rood kleedje, kleren- en boekenkasten en een televisie. ‘Ik zit hier graag’, vertelt Petra met een glimlach. Eten doet ze meestal samen met vier of vijf andere bewoners in de grote woonkamer aan het eind van de gang. Ook die is knus ingericht. ‘Echt mooi.’ De verhuizing ging goed. Petra voelde zich die dag niet lekker, maar ging toch naar het activiteitencentrum om te werken.

Ik ga altijd met plezier naar het werk. We maken daar hele mooie dingen, zoals bloemetjes en vogeltjes van vilt.

Toen Petra terugging zag ze er tegenop dat ze alles moest uitpakken. Gelukkig  viel het mee. De begeleiders hadden de meubels en spullen zomaar ergens in de nieuwe kamer neergezet, maar Petra vond het meteen perfect. Ze kijkt tevreden rond. ‘Ik vind het belangrijk dat het bij me past.’ Ze wil het ook niet te vol hebben. ‘Vanwege de prikkels voor mezelf moet ik het een beetje rustig houden.’

Knutselsmurf

Naast het raam hangt een doek met handtekeningen van de begeleiders van de oude groep. Van die herinnering wordt ze blij. ‘Iedereen kreeg een plaatje van een smurf er op. Voor mij is dat de knutselsmurf geworden omdat ik heel erg van knutselen houd.’

Beschrijving
Hoe een cliënt zorg en wonen bij Trajectum beleeft.