Rianne krijgt hulp bij het verwerken van haar trauma's.

Het verhaal van Rianne

PR & Communicatie op 14 december 2020

“Mijn therapie helpt me zó goed, dat ik soms denk: hoe dan?”

Cliënt Rianne (48) had al veel meegemaakt, maar kreeg een paar jaar geleden ook nog eens een zwaar ongeluk. Vanaf toen ging het steeds slechter met haar. Ze voelde zich bang en paniekerig, was opgefokt en vergat veel. En dan waren er nog haar trauma’s van vroeger. Met haar behandeling bij Trajectum probeert ze haar leven weer op te pakken. “Na zo’n therapiesessie ben ik doodmoe, maar het helpt me in alles wat ik doe.” 

“In 2017 reed ik op een 80-weg met een laaghangende zon. De auto voor mij had zijn remlichten niet aan, en voor ik het wist zat ik er achterop. Ik had daarna last van een heleboel lichamelijke klachten, zoals zes gebroken ribben, een beschadigde borst en onderrug, en schaaf- en brandwonden. Maar dat geneest voor een groot deel. Wat bleef, was een angst- en paniekstoornis. 
Eerst durfde ik niet meer naar buiten. Tien weken lang lag ik in bed, in het donker. Daarna durfde ik niet meer te autorijden. Op de fiets durfde ik al helemaal niet meer. Uiteindelijk belandde ik met een hele zware paniekaanval in het ziekenhuis. Ze dachten eerst dat ik een hartinfarct had, maar het was pure paniek.”

 

"Na het ongeluk had ik veel lichamelijke klachten, maar dat geneest voor een groot deel. Wat bleef, was de angst en paniek."

 

Therapie 

“Vanaf toen kreeg ik hulp, maar zo makkelijk ging dat niet. De trauma’s die ik had bleken niet alleen te maken te hebben met het ongeluk. Maar ook met dingen die vroeger waren gebeurd. Dat moest ik allemaal gaan verwerken. Gelukkig kwam ik via een omweg bij Trajectum terecht. 
Eén keer per week ga ik erheen voor mijn dagbehandeling. ’s Ochtends begin ik met creatieve therapie: kleuren, verven, met krijtjes, mozaïeken. Daarna krijg ik PMT (psychomotorische therapie). Daar leer ik hoe ik met mijn problemen om moet gaan. Ik leer bijvoorbeeld hoe ik mijn grenzen aangeef en dat ik niet meteen moet opgeven als iets niet lukt. Ik krijg ook EMDR, en dat is heel heftig. Maar het helpt mij zo goed, in alles wat ik doe. Ik vraag me weleens af: hoe dan?
Iedere sessie werken mijn behandelaar en ik aan een van mijn trauma’s. Dan moet ik het gevoel omschrijven en de boosheid weer omhoog laten komen. Daarna word ik behandeld met een lamp, die een deel van mijn geheugen wist. Na zo’n sessie ben ik dagenlang doodmoe.”

Trauma’s verwerken

“Het ongeluk heeft voor meer problemen gezorgd. Ik vergeet bijvoorbeeld veel. Als het gaat om mijn geheugen, ben ik zwakbegaafd. Ook heb ik altijd al een laag zelfbeeld gehad, maar na het ongeluk werd dat erger. Ik gaf mijn grenzen nooit aan en vroeg nooit om hulp. Ook kan ik heel erg opgefokt zijn. 
Ik heb veel meegemaakt. In mijn gezin van vroeger kreeg iedereen kanker, behalve ik. Mijn broer was nog maar vier. Omdat hij ziek was, stond hij altijd op de voorgrond. En ik hielp hem waar ik kon. Vooral toen hij werd gepest. Als dat gebeurde, sloeg ik de pesters zo in elkaar. Daar komt mijn agressie denk ik vandaan. Ik heb verder twee mislukte huwelijken achter de rug; mijn tweede man mishandelde mijn zoon. Mijn zoon heeft PDD-NOS en ADD en woont begeleid. Zijn vader kijkt niet naar hem om. Ik heb me vaak schuldig gevoeld, dacht dat ik geen goede moeder was. Maar tijdens mijn behandelingen leer ik: ik ben wél een goede moeder. Ik doe alles voor mijn kind.”

 

"Tijdens therapie leer ik met mijn problemen omgaan. Ik kan bijvoorbeeld heel opgefokt zijn"

 

Weer werken

“Als een 1 betekent dat ik nergens last van heb en een 10 betekent dat het slecht met me gaat, dan zit ik nu op een 4. Sinds een tijdje rij ik weer auto en ben ik rustiger. Toch zijn er nog dingen die moeilijk zijn. Als ik iets zeg, kan het heel onaardig overkomen. Dat is toch dat opgefokte. Daar probeer ik de balans in te vinden: wel voor mezelf opkomen, maar ook vriendelijk blijven. 
Ik hoop dat ik al mijn trauma’s ga verwerken. Of dat in ieder geval de scherpe randjes eraf zijn. Dat ze niet meer zo’n invloed hebben op mijn leven. Het liefst ga ik weer aan de bak. Ik heb wel wat overgehouden aan het ongeluk, ik kan niet lang staan of zware dingen tillen. Ik werk dolgraag met dieren, maar een baan vinden zal niet makkelijk zijn.” 

Vangnet

“Ik heb een enorm vangnet dat me overal bij helpt. Ook mijn behandelaren van Trajectum, die sturen me na een heftige sessie berichtjes hoe het met me gaat. Daar heb ik heel veel aan. 
En thuis gaat het nu ook goed. Mijn man is een lieverd en een lieve papa voor mijn zoon. Met zijn bonusdochter ben ik ook heel blij. We zijn een leuk gezinnetje bij elkaar. Zij trekken me overal doorheen. Mijn man zegt altijd: schat, kijk niet achterom. Je verleden kun je niet meer veranderen, maar wat vóór je ligt wel. Dat is ook ons motto. We blijven positief.”  
 

Printer Friendly, PDF & Email